In de beginjaren produceerden filmpioniers zelf de generiek van het televisienieuws. Ze aarzelden niet om de link met de krant te leggen. Het televisiejournaal werd destijds treffend 'Het Gesproken Dagblad' genoemd.
Uitzendingen met belangrijk nieuws
De mijnramp in Marcinelle (1956)
Huwelijk Koning Boudewijn en Fabiola (1960)"
Engeland-België betekent de grote doorbraak van tv in ons land. Fabrikanten verkopen toestellen als zoete broodjes. De match eindigt op 4-4. (17 juni 1954)
De Expo geeft de Vlaamse tv een duwtje in de rug: meer mensen, meer middelen, meer programma's. Televisieloze maandag wordt afgeschaft. Vlaanderen krijgt vanaf nu elke dag van de week, 52 weken lang, televisie. (1958)
Appolo 13 - de vijfde bemande missie naar de maan (1970)
Trivia
Er wordt uitgezonden vanuit studio 6 in het Flagey-gebouw. Studio 6 is een misleidende naam, want er was maar één televisiestudio in het Flagey-gebouw. De andere studio's waren geschikt voor radio.
Er waren 6 uitzendingen per week: op dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag. Op zondag waren er twee journaals: een gewone editie en een spoededitie. Die spoededitie bracht de sportgebeurtenissen van het weekend. In de loop van 1955 kwam er ook een Journaal op zaterdag.
Een uitzending duurde gemiddeld 13 tot 15 minuten en bracht 9 tot 10 onderwerpen.
De marsmuziek met klokken voor de generiek is 'Háry János Op. 15: Viennese Musical Clock'. De Hongaarse componist Zoltán Kodály schreef het stuk in 1926.
De allereerste begingeneriek is het werk van de allereerste cameraman van Het Journaal: Fons Steppé. Hij kreeg de opdracht snel-snel een generiek in elkaar te boksen waarvoor hij een zonnewijzer filmde en een beeld schoot van het Brusselse justitiepaleis, met op het dak een cameraman die aan het filmen is.
In de beginjaren werden beeldfragmenten opgenomen met een filmcamera op pellicule. Eerst op 35mm zoals voor het bioscoopjournaal, vanaf 1958 op het goedkopere 16mm formaat. Die films moeten nog ontwikkeld worden en dat kost tijd.
In een kolenmijn bij Marcinelle breekt op 8 augustus 1956 brand uit. Er vallen 262 doden. Het is één van zwaarste rampen in de Europese mijnbouwgeschiedenis. Een spoededitie van Het Journaal blijkt niet zo evident. Op het ogenblik van de ramp is namelijk een groot deel van de nieuwsploeg met vakantie. In het jaarverslag lezen we erover: 'Het bleek nodig een aantal losse medewerkers in te zetten en bovendien een beroep te doen op vast personeel van andere afdelingen om deze 33 uitzendingen tot een goed einde te brengen. De uitzendingen over de mijnramp behelsen zowel de rechtstreekse uitzendingen vanuit Marcinelle (verzorgd door Franse TV-diensten) als film- en studio-uitzendingen. Het waren slopende dagen van spanning en overwerk.'